ScheepvaartKlassikale sessieKernmodel
Diavoorstelling
 
Kernmodel
Randinformatie
Boeien: de
verkeer-
stekens van
de zee

De getijden

Tsunami’s
De beweging
van het water
in de golven
 
Probleem
 
Wedstrijdvragen
Hoe beweegt het water zich in een golf?
Stel je voor: je ligt te ‘relaxen’ op je luchtmatras in zee, niet zover van het strand, terwijl de golven je zachtjes heen en weer wiegen.

Als je luchtmatras naar de top van de golf toegaat, beweeg je in de richting van de kust, terwijl je weg van de kust beweegt als je naar het golfdal toegaat. En zo maak je eigenlijk voortdurend een cirkelbeweging. Ook de waterdeeltjes onder het wateroppervlak beschrijven zo’n cirkelbeweging.

Waterdeeltjes blijven ter plaatse “draaien”. De fles of de matras blijft dus ook ter plaatse.
© http://www.cartage.org.lb/en/themes/Sciences/Earthscience/Oceanography-/OceanInMotion/Waves/Characteristics/Characteristics.htm

Misschien heb je ook al opgemerkt dat, als je diep genoeg onder water zwemt, je de golfbewegingen bijna niet meer voelt? Dit komt omdat de cirkelbeweging die de waterdeeltjes vormen, kleiner wordt als het water dieper wordt. En als je diep genoeg gaat, is er gewoon helemaal geen cirkelbeweging meer en voel je dus de golfslag niet meer.


Hoe dieper hoe kleiner de dynamiek.
© http://faculty.gvsu.edu/videticp/waves.htm
Ook geldt het principe dat, hoe groter de golf is, hoe groter de gemaakte cirkelbeweging is. Deze cirkelbeweging zorgt er voor dat je je, nadat een golf is gepasseerd, nog altijd op exact dezelfde plaats bevindt met je luchtmatras als vóór het toekomen van de golf. Dit fenomeen verklaart ook waarom er geen netto beweging is van water. Een golf verplaatst dus enkel energie en geen watermassa.

Als een golf water bereikt waar de diepte niet groter is dan 1/20 van de golflengte is de beweging niet meer cirkelvormig maar ellipsvormig. De bodem drukt als het ware de cisrkel plat en de bodemwrijving zorgt ervoor dat de golf verandert van vorm en snelheid. Hierdoor worden de golflengte en de snelheid kleiner, terwijl de golfhoogte groter wordt. De waterdeeltjes net boven de bodem ondervinden de meeste wrijving en worden dus het meest afgeremd, terwijl de wrijving minder groot is aan het wateroppervlak. Daardoor gaan de deeltjes aan het wateroppervlak sneller bewegen dan de deeltjes tegenaan de bodem en slaat de golf over.