© Würtembergische Landesbibliothek
Stuttgart
Om de verhoogde biodiversiteit van wrakken
te bestuderen is het project BEWREMABI in het leven
geroepen. BEWREMABI
staat voor: BElgian
ShipWREck: hotspots
for MArine BIodiversity.
De website geeft een duidelijk overzicht van het project,
weliswaar in het engels, op: www.vliz.be/projects/bewremabi/
Scheepswrakken verhogen de biologische rijkdom van
de zee. Biologen spreken van een verhoogde habitat
complexiteit. Wrakken zijn een ideale aanhechtingsplaats
voor sedentaire dieren zoals zeepokken en mossels.
Op de zachte slib- of zandbodems vinden die geen houvast.
De wrakken dienen als model voor andere harde substraten
zoals de funderingen van windmolens.
Zij bieden bescherming voor meer soorten
in vergelijking met de zandige bodems in de omgeving.
Vrij bewegende soorten kunnen er bescherming vinden
tegen predatoren.
Wrakken verstoren wel de visvangst.
Een van de doelstellingen van het project is de fauna
op de zandige bodem in de buurt van wrakken te vergelijken
met de meer door boomkorren omwoelde bodems verderop.
Gedurende de maand augustus in 2004,
heeft een team van wetenschappers twee wrakken bestudeerd
met name, De Bourrasque en de Kilmore SS.
© Vincent Zintzen
Meer details over de scheepswrakken vind
je op:
http://users.pandora.be/tree/wrakken/wrakkensite/wrakkensite.html
Heel wat mensen nemen deel aan zo’n
expeditie. Francisco Hernandez en Edward Vanden Berghe
zijn beide ervaren duikers en biologen verbonden aan
het Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ). Ook de coördinator
van het BEWREMABI project, Jérôme Mallefet
van de UCL, was aan boord, samen met collega’s
van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen
(KBIN), de Beheerseenheid Matematisch Model van de
Noordzee (BMM) en de Universiteit Gent. Videobeelden
zijn opgenomen door Guy Desmet van het labo “Mariene
Biologie” van Magda Vincx.
Meer prachtige foto’s van het BEWREMABI project
vind je op: http://www.vliz.be/projects/bewremabi/pictures.php
Verschillende methodes voor staalname
werden gebruikt. Geselecteerde oppervlaktes (kwadraten)
werden afgeschraapt. Er werden foto’s genomen
met een frame van 50 x 50 cm. Sedimentstalen (cores)
werden genomen van 2.5 cm diameter en 10 cm diepte.
Een “stofzuiger” zoog een oppervlakte
af van 1/4 vierkante meter tot op een diepte van 10
cm. De wetenschappelijke beschrijving van de methodiek
voor staalname vind je op: http://www.vliz.be/projects/bewremabi/description.php?section=3.
© Vincent Zintzen